Onderwijsvernieuwing
Nieuwe impulsen hebben volgens natuurwetten gevecht, vlucht of verstarring als angstreactie. Op het handje vol mensen na, dat oprechte nieuwsgierigheid vertaalt in het kijken naar de mogelijkheden, blijft de massa op zijn hoede met genoemde angstreacties als uitingsvorm.
Dit lijkt ook zo te werken bij onderwijsvernieuwing. Neem nou passend onderwijs. Niet eens meer zo nieuw, maar toch…
Omdat we beschaafde mensen zijn, wordt alle angst omgebogen tot een zee van bureaucratische handelingen en gepraat. Er worden vele regels en protocollen bedacht, die de aandacht afleiden van het fantoom van de vernieuwing. Zo hoeven we niet bang te zijn, want de protocollen en papieren geven houvast. We hoeven ook niet meer zo na te denken, want het systeem werkt voor ons. De illusie van handige systemen.
Werkdruk
In mijn Almeerse tijd werden we toen de werkdruk toenam overladen met formats. Het woord format werd synoniem voor een berg papier die zijn weerga niet kende. Toen de leidinggevenden eindelijke luisterden naar de reactie op de papierstroom die we geacht werden te produceren, werd een gelegenheidswerkgroep met de heuse naam – en nu niet lachen – de werkgroep papierwinkel, in het leven geroepen.
Deze werkgroep moest
a) in kaart brengen of het werkelijk zo erg was als wij, de mensen van de werkvloer, aangaven. En
b) een verbetervoorstel doen.
Plan over plan. Voorstel over voorstel. Format over format. Het woord format deed al huiveren zodra iemand de /f/ begon te articuleren. Niet omdat een format zo erg is, nee, juist wel handig zo’n invulformulier, maar waar het voor stond. Het zoveelste document dat moest worden ingevuld, waardoor de computertijd alleen maar toenam ten koste van de tijd die met leerlingen of hun leraren besteed had kunnen worden.
De bedoeling
Wouter Hart beschrijft in zijn boek ‘Verdraaide organisaties’ precies de beweging die ook in het onderwijs zichtbaar is. We zijn afgedreven van de bedoeling om in het putje van de systeemwereld weg te spoelen. En dat is jammer. Heel jammer.
En dat moet anders, want een deel van het lerarencorps dreigt hierop leeg te lopen of voortijdig af te haken. En dit zijn in mijn beleving vooral die professionals met hart voor de kinderen. Die mensen die bewust voor het beroep van leraar hebben gekozen en het niet als baan zien met wat werktijd tussen de vakanties door.
Ik zeg bewust niet, die mensen met een roeping, want daar wringt het in mijn ervaring weleens met de professionaliteit, en die is juist zo nodig.
Om werkelijk te vernieuwen moet je het oude loslaten. Denk aan vervellen. Het onbruikbare laat los en het nieuwe krijgt een kans. Maar benut wel de leerervaring, want die is van belang.
En als je daarin wakker wordt zal je zien dat het fantoom heus niet zo eng is.